De schilder A.C. Willink (1900 - 1983) heeft ons een veelzijdig levenswerk nagelaten. Het begin van zijn artistieke loopbaan ligt in Berlijn, waar hij in de jaren vlak na de eerste wereldoorlog studeerde en onder de indruk raakte van het revolutionaire gebeuren in kunst en maatschappij. Hij sloot zich toen aan bij de avant-garde, - de abstracte schilderkunst - en werkte in de trant van de constructivistische schilders, met wie hij in Duitsland, België en Frankrijk contact had. Uit het midden van de jaren twintig stamt zijn vriendschap met de schrijver E. du Perron en diens kring: bij hun werken heeft hij illustraties geleverd. Omstreeks 1930 breekt een nieuwe periode in zijn werk aan: Willink lijkt de werkelijkheid weer te geven in een nauwkeurige, meesterlijke techniek, die geïnspireerd is op het werk van de oude Nederlandse schilders. Maar onder deze weergave van de werkelijkheid gaat een andere betekenis schuil: Willink ziet, reeds in het begin der jaren dertig, het naderende onheil; zijn ogen, gescherpt door het verblijf in Berlijn na 1920, zien de tekens aan de wand.
257 pagina's
Tweede bijgewerkte druk, 1983
Conditie Boek: Goed
De volgende extensies worden ondersteund: png, jpeg, jpg, gif, txt, csv, pdf, doc, docx, rtf, xls, xlsx, ppt, pptx, odt, ods, eps.
Gegevens worden naar de server verzonden